Skip to Main Content

Informatievaardigheden HBO Groen (NL): 2 : Zoekstrategie

Leer je hoe je snel en systematisch informatie kunt zoeken, selecteren en evalueren

2 : Zoekstrategie

Er worden heel wat informatiebronnen (boeken, encyclopedieën, tijdschriften, woordenboeken, enz.) aangeboden, ook via het internet, gratis of tegen betaling. De mediatheken selecteren informatiebronnen op relevantie en kwaliteit en maken de informatie op gestructureerde wijze toegankelijk voor studenten en docenten. Daarbij onderscheiden we de volgende categorieën:

  • Catalogi: om te zoeken naar boeken, tijdschriften of audiovisuele materialen
  • Databanken: om te zoeken naar artikelen, samenvattingen, enz.
  • Naslagwerken: om te zoeken naar een korte bijdrage over een een begrip, persoon of een woord.

In deze module leer je welke informatiebronnen het meest geschikt zijn en hoe je een goede zoekactie uitvoert, want informatievaardig zijn betekent ook dat je even nadenkt voordat je allerlei woorden intypt in een zoekbalk.

Zoeken naar een naald in een hooiberg - https://pixabay.com/nl/naald-in-een-hooiberg-zoek-zoeken-1706106/ -  Licensed under CC0 1.0 via Pixabay

2.1 : Wanneer gebruik ik welk soort informatiebronnen?

Wat moet ik gebruiken?

  • Naslagwerken: om informatie op te zoeken over een algemeen begrip (encyclopedie) of een woord (woordenboek).

Waarom eigenlijk?

  • Hier vind je een relatief korte beschrijving over je onderwerp en vaak ook een selectieve literatuurlijst.
  • Als eerste kennismaking met het onderwerp van je paper.
  • Om snel iets op te zoeken over iets of iemand.
  • Om nieuwe geschikte zoektermen over je onderwerp te vinden.

Van sommige naslagwerken is er enkel een gedrukte versie beschikbaar, daarvoor moet je dus naar de mediatheek.

Klik op het volgende tabblad voor meer informatie over het zoeken van publicaties van een auteur of over een onderwerp.

Wat moet ik gebruiken?

  • Catalogi: voor het lokaliseren van door de mediatheek geselecteerde gedrukte en online bronnen.
  • Databanken: voor het raadplegen van online bronnen van teksten, afbeeldingen, objecten enz.

Waarom eigenlijk?

  • Om je onderwerp zelf te leren kennen en te begrijpen.
  • Om je onderwerp voor de eerste keer in detail te bestuderen is de kritische inleiding van een editie hiervoor vaak heel geschikt.
  • Om te weten wat onderzoekers denken over je onderwerp.
  • Om de verschillende theorieën en hypotheses te kennen over aspecten van je onderwerp.
  • Om de verschillende theorieën en hypotheses te toetsen aan de bronnen.

2.2 : Informatiebronnen

Een catalogus bevat een beschrijving van boeken, tijdschriften en audiovisuele materialen, inclusief hun bewaarplaats (de precieze vindplaats naar een gedrukt exemplaar op de boekenplank of een directe link naar de elektronische versie).

Let op: De meeste catalogi bevatten géén artikelen van tijdschriften, enkel de titels van de tijdschriften zelf.


Als je op zoek bent naar publicaties van een auteur of over een onderwerp kun je een catalogus goed gebruiken om je onderwerp zelf te leren kennen en te begrijpen. Maar ook om te weten wat onderzoekers denken over je onderwerpen en om de verschillende theorieën en hypotheses te kennen over aspecten van je onderwerp of deze juist te toetsen aan de bronnen. Om dezelfde redenen kun je ook databanken gebruiken, zie module 3.1 tabblad 'Databanken'.


Enkele voorbeelden van catalogi:

  • Greeni : gezamenlijke catalogus van de groene hogescholen Aeres Hogeschool, HAS green academy en Van Hall Larenstein. Zie module 3.1 voor meer informatie.
  • WUR Library : catalogus van Wageningen University & Research en een aantal bijbehorende bibliotheken in Nederland. Zie module 3.1 tabblad 'WUR Library' voor meer informatie.
  • WorldCat : de grootste catalogus ter wereld. Meer dan 50.000 bibliotheken uit meer dan 90 landen werken samen aan één gemeenschappelijke online catalogus.

Klik op het volgende tabblad voor meer informatie over databanken.

Een databank bevat de bibliografische referentie en soms ook de elektronische versie van wetenschappelijke publicaties, vaak tijdschriftartikelen.

Types databanken: (een combinatie van onderstaande is mogelijk)

  • Bibliografische databanken: bevatten enkel een bibliografische referenties, al dan niet aangevuld met een samenvatting of korte inhoud. Sommige bibliografische databanken geven wel een link naar de elektronische versie elders op het internet.
  • Full text databanken: bevatten niet alleen de bibliografische referentie, maar ook de volledige elektronische versie. Vaak is de full text zelf ook volledig doorzoekbaar. Sommige full text databanken bevatten enkel de archiefcollectie (d.i. vanaf de oudste jaargang, maar niet de nieuwste jaargangen), andere juist de nieuwste jaargangen (bijv. vanaf 2016-heden).
  • Citatiedatabanken: bevatten niet alleen de bibliografische referentie, maar ook een link naar de citaties (= andere publicaties die deze referentie citeren in voetnoot).

Enkele voorbeelden van databanken, zie ook module 3.1 tabblad 'Databanken':

  • ScienceDirect (bibliografische en full-text databank)
  • Google Scholar (bibliografische databank, citatiedatabank en wetenschappelijke zoekmachine - zie module 3.1 tabblad 'Zoekmachines' voor meer informatie)
  • PubMed (bibliografische databank)

http://librarygrits.blogspot.nl/2010/06/databases-are-like-scuba-diving.html -  Licensed under CC BY-NC 3.0 via Library grits

Klik op het volgende tabblad voor meer informatie over naslagwerken.

Een naslagwerk bevat een hele reeks korte bijdragen over een woord, persoon of begrip

Je gebruikt een naslagwerk als je basisinformatie over een bepaald onderwerp zoekt. Hierin vind je een relatief korte beschrijving over je onderwerp en vaak ook een selectieve literatuurlijst en nieuwe geschikte zoektermen over je onderwerp.

Van sommige naslagwerken is er enkel een gedrukte versie beschikbaar, daarvoor moet je dus naar de mediatheek.

Types naslagwerken:

  • Encyclopedieën: behandelen personen en begrippen
  • Woordenboeken: behandelen enkel woorden

Enkele voorbeelden van naslagwerken:

https://pixabay.com/nl/wikipedia-boeken-encyclopedie-1802614/ -  Licensed under CCO 1.0 via Pixabay

2.3 : Hoe moet ik zoektermen met elkaar combineren?

Het volstaat NIET om alle mogelijke zoektermen lukraak in te typen. Om specifieke en gerichte informatie over je onderwerp terug te vinden, moet je zoektermen met elkaar combineren.

Er zijn vier belangrijke technieken om dit te doen:

  1. Booleaanse operatoren;
  2. Truncatietekens (alleen te gebruiken voor databanken);
  3. Exacte woordcombinatie;
  4. Zoekvelden aanduiden.

https://pixabay.com/nl/puzzel-deel-3d-model-taak-1721271/ -  Licensed under CC0 1.0 via Pixabay

2.3.1 : Booleaanse operatoren (AND, OR, NOT)

Met Booleaanse operatoren kun je een zoekopdracht verfijnen of verbreden door ze tussen zoektermen te gebruiken. Er zijn drie Booleaanse operatoren: AND, OR en NOT.

AND

AND betekent dat alle woorden voor moeten komen;
De AND-relatie gebruik je om twee (of meer) verschillende onderwerpen aan elkaar te linken;
Het zoekresultaat wordt beperkt, kleiner ten opzichte van het zoeken op één woord.

Bijvoorbeeld: Je bent op zoek naar een camping op één van de Waddeneilanden.
Zoektermen en relatie: campings AND Waddeneilanden

OR

OR betekent dat ten minste één van de woorden voor komt in het zoekresultaat;
de OR-relatie gebruik je bij (bijna) synoniemen, meervoud/enkelvoud, verschillende spellingsvormen;
Het zoekresultaat wordt vergroot, uitgebreid ten opzichte van het zoeken op één woord.

Bijvoorbeeld: Behalve op campings wil je ook zoeken op hotels.
Zoektermen en relatie: campings OR hotels.

NOT

NOT betekent dat het aangegeven woord niet mag voorkomen;
de NOT-relatie gebruik je om een bepaald woord uit te sluiten;
het zoekresultaat wordt verkleind.

Bijvoorbeeld: Je wilt per se niet naar Texel.
Zoektermen en relatie: Waddeneilanden NOT Texel.

Tips: 
  • Verwar niet met de gewone spreektaal. Als je zegt 'Ik wil alles weten over katten én honden', dan zoek je naar informatie die over katten of over honden of over beide dieren gaat. Deze 'EN' uit de spreektaal komt dus overeen met de Booleaanse OR-operator.

  • Als je meerdere Booleaanse operatoren met elkaar combineert, gebruik dan haakjes. Ze geven prioriteit aan de zoektermen binnen de haakjes en verduidelijken de zoekactie. Haakjes geven aan welke woorden bij elkaar horen; vaak zijn dat woorden die over het zelfde gaan of met elkaar te maken hebben (bijv. synoniemen, enkelvoud/meervoud): bijv. (Campings OR Hotels) AND Waddeneilanden.

  • Type AND/OR/NOT met hoofdletters. Vaak zijn hoofdletters verplicht, bijv. in een zoekmachine.

2.3.2 : Truncatietekens (wild cards)

Trunceren is het vervangen van een stukje van een woord door een wildcard, het truncatieteken. Dit betekent dat je zoekt naar woorden beginnend met of eindigend op het ingetypte woord. In de handleiding van het bestand waarin je zoekt, staat aangegeven welk teken hiervoor gebruikt wordt. Vaak is dit een *. Andere mogelijke truncatietekens zijn een ? of @.

Als je een truncatieteken achter een (gedeelte van een) woord typt, zoek je op wat je hebt ingetypt én alles wat er achter kan staan. Bijv.: varken* geeft: varken, varkens, varkenshouderij, varkensvoer, etc.

Als je een truncatieteken vóór een (gedeelte van een) woord typt, zoek je op wat je hebt ingetypt én alles wat er voor kan staan. Bijv.: *rozen geeft rozen, kasrozen.

Let op: In de meeste catalogi en databanken kun je niet tegelijk in één woord voor en achter het woord trunceren.

Tip: Het is de kunst om niet té vroeg of té laat te trunceren in een woord. Als je op zoek bent naar informatie over "pollution" typ je "pollut* en niet bv. poll*.

Let op: Je kunt niet trunceren als je met een zoekmachine zoekt.

2.3.3 : Exacte woordcombinatie (phrase search)

Als je alleen zoekresultaten wilt vinden die de ingegeven zoektermen in exact dezelfde volgorde moeten bevatten, zet dan je zoektermen tussen dubbele aanhalingstekens (".....").

Dit is vaak het geval bij begrippen die uit meerdere woorden bestaan, bijv. "food design". Zonder aanhalingstekens wordt het geïnterpreteerd als food AND design. Met aanhalingstekens wordt het geïnterpreteerd als food design.

Tip: Een exacte woordcombinatie is eigenlijk een strenge versie van de Booleaanse AND-operator. De zoektermen moeten wel naast elkaar staan. Een ander verschil is dat de volgorde van de zoektermen niet willekeurig is, maar door jou wordt vastgelegd.

2.3.4 : Zoekvelden aanduiden

Bij geavanceerd zoeken is het vaak mogelijk om aan te geven in welke velden je wilt zoeken. Zo kun je bijv. aangeven dat je alleen in het zoekveld "titel" wilt zoeken.

2.4 : Hoe krijg ik meer/minder zoekresultaten?

Niemand is bereid om honderden of duizenden zoekresultaten allemaal afzonderlijk te beoordelen op hun relevatie. Het is dus zaak om op een verstandige manier maximaal enkele tientallen zoekresultaten te krijgen zonder relevante zoekresultaten overboord te gooien.

Hieronder volgt een aantal tips die je kunt gebruiken als je veel te veel zoekresultaten krijgt.

  • Gebruik geavanceerd zoeken in plaats van eenvoudig zoeken om meer filters te kunnen instellen;
  • Gebruik de Booleaanse AND-operator en wees kritisch op het gebruik van de OR-operator;
  • Gebruik "narrower terms";
  • Trunceer zo laat mogelijk;
  • Beperk op titel-/samenvattingsveld in plaats van op alle velden te zoeken;
  • Beperk op recente publicaties door te filteren op publicatiejaar.

Het is frustrerend om geen zoekresultaten te krijgen. Het is natuurlijk mogelijk dat de databank in kwestie inderdaad niet leidt tot relevante informatie over je onderwerp. Probeer dan eens een van de volgende tips als je weinig of geen zoekresultaten krijgt.

  • Gebruik geavanceerd zoeken in plaats van eenvoudig zoeken;
  • Zoek in alle mogelijke velden;
  • Zoek, indien mogelijk, in de volledige tekst;
  • Gebruik synoniemen, vertalingen en meervouden en combineer deze met de Booleaanse OR-operator;
  • Gebruik "related terms"en "broader terms" en combineer deze met de Booleaanse OR-operator.

2.5 : Oefening